Oirsbeek rond 1790: Vermaak en volksgebruiken

 

Des zondags en bij winteravond werd door de boeren, binnenshuis met de kaart gespeeld. De spelen, 't meest in voege, waren: pandoeren, rondvijven, geëren, bruiten, boerjagen enz. Verder kende men het ganzebord, het damspel, negenlokeren en kienen. Tot de voornaamste vermaken buitens huis behoorden, voor volwassenen, het vogelschieten, kegelen, gansrijden, knikkeren. De kinderen amuseerden zich met koordspringen, slupke jagen, knikkeren, brom loopen, soeslaan, klingslaan, speldeknippen enz.

Eindelijk waren er ook eenige volksgebruiken in voege waarvan nog enkelen bestaan. Met nieuwjaar "verraschten" elkander de buurlieden met elkaar onderling een zalig nieuw jaar te wenschen en jonge "caressanten" wenschten dit hare liefsten, door 's nachts twaalven onder haar venster met een pistool eenige schoten te doen. Op nieuwjaarsdag werden in alle huizen wafels gebakken. Op driekoningendag werd na het noenmaal een groote mik "wegge" op tafel gezet, onder de aanwezigen verdeeld en hij of zij die eene boon, die er in gestopt was, in zijn stuk vond, werd koning of koningin. Met vastenavond liepen verkleeden over straat "lissen" genoemd, er was overal pret, men reed de gans, sloeg den haan, er werd gedanst. Zangers en zangeressen liepen van deur tot deur met den rommelpot en zamelden spek in, dat in gemeenschap met anderen in de herberg werd verteerd. De maandag van vastenavond heette razende maandag, wellicht omdat er veel getierd werd en de volgende dag dollen dinsdag, omdat het dien dag "hol en dol" toeging.

Aschwoensdag bracht een eind aan den vastenavond. Op "fakkelzondag", zijnde de eerste zondag der vasten, trok de jeugd met stroofakkels door de boomgaarden, met palmzondag werden palmen gewijd, met paaschen met geverfde eijeren gekipt. De Heer pastoor liet in de goede week eijeren van huis tot huis rond halen, waarbij de koster tegenwoordig was en den huiszegen sprak, elk huis met gewijd water besprenkelende. Deze paascheijeren werden verdeeld, een deel voor den herder, een deel voor den koster en de overigen werden op paaschmaandag na de vespers door den Heer pastoor, nadat zij gekookt en schoon geverfd waren, onder de kinderen van den Catechismus rondgedeeld, die bij zulke gelegenheid niet nalieten zeer talrijk en trouw op te komen. Buiten deze paascheijeren trok de koster, wegens het luiden van het Angelus 's morgens, 's middags en 's avonds, jaarlijks uit elk huis een brood. Deze bijdrage haalde hij op verscheidene tijden des jaars in.

Op Meiavond werden onder het bespelen van fluiten en horens, gemaakt uit versche wilgenschil, en soms onder het maken van ketelmuziek, door de vergaderde dorpjongens, de Meiliefstens afgekondigd; elke jongeling des dorps kreeg een liefste aangewezen, die hij den volgenden zondag na de hoogmis, als eerlijk "caressant" in de herbèrg moest "intrekken" en met jenever en suiker vergasten. In den oogst wanneer de laatste wagen tarwe werd na de schuur gebracht was er feest in huis; men at er vlaai en mik als of het kermis was. Op den hoogbeladen oogstwagen zaten dan de knechten en meiden naast den "mei", een zware boomtak met bladers, versierd met linten, klatergoud en bont papier. Deze mei werd boven de schuurpoort in het dak gestoken. Des zondags daarna noodigde dan de vrouw des huizes hare buren en buurinnen op het oogstfeest.

Op den vooravond van St. Maarten werd door de jeugd van huis tot huis "schanshout" of takkebosschen gehaald en daarmede werden op de bergen in bijwezen van talrijke toeschouwers de St. Mertensvuren gestookt. Naar huis gekeerd vond de jeugd de tafel voorzien met melk en koek. Met kerstmis eindelijk bestond het gebruik, dat 's nachts het keukenvuur niet werd uitgedoofd; men hield dit in den gang door er een zware boomtronk de "kerstschobbe" genoemd op te leggen. Den tweeden kerstdag werden appelen en peeren langs de huizen door de schoolkinderen opgehaald. Dit gebruik heette "Heijo" roepen.

Ook vierde men in ons dorp twee kermissen, waarop de familie en de vrienden uit andere gemeenten, verzocht werden. Bij gelegenheid van zulke kermis vond men de huizen netjes opgeknapt, de muren gewit en alles in de beste orde gebracht. Om de gasten te ontvangen werd vlaai en mik gebakken; de schutterij trok op, de vogel werd geschoten en er werd gedanst op de "wipzaal", eene tent met eenigzins beweegbaren vloer. Te Oirsbeek bestonden twee kermissen, de groote en de kleine kermis namelijk, gedurende welke laatste de groote processie optrok, waarover wij later zullen spreken; de kleine kermis werd des zondags op H. Drievuldigheid gehouden, en de groote kermis van St. Lambertus, patroon der kerk, welk feest den 17 September valt, had in September plaats. Deze begon des Zondags voor het feest van dezen Heilige, want het spreekwoord zeide, dat St. Lambert mede moest kermis houden. Deze groote kermis duurde vijf dagen.

Dit waren de voornaamste vermakelijkheden die de boerenstand zich veroorloofde op het einde der vorige eeuw. Voegen wij hierbij nog een woord over een ander gebruik. De boeren rookten destijds uit kleine aarden pijpjes, waarin zij door middel van steen, staal en zwam vuur wisten te brengen. Ook enkele vrouwen rookten de pijp. Ook trof men mannen en vrouwen aan, die snuifden uit eene lange doos met eene rasp voorzien, waarop de karroot geraspd werd. Dit was evenwel toen de ouderwetsche manier; deftige lieden hadden snuifdozen, gelijk aan die van heden en kochten de snuif in poeder. Het was meer gebruikelijk te snuiven, dan te rooken. Het gebruik van sigaren was onbekend. Dit gebruik werd hier ingevoerd door de Spaansche krijgsgevangen soldaten, die Napoleon I in 1811 aan de rijkswegen liet werken. De boeren die deze rookbuisjes nooit gezien hadden, noemden ze "lederen pijpjes"; ik heb zulke pijpjes voor 't eerst gezien te Maaseyck, waar Spanjaarden op de kassei werkzaam waren. Later eerst werd die manier van rooken algemeen; de Hollandsche officieren die in 1839 onze provincie, die versch van België gescheiden was in bezit namen, rookten hier in het dorp de eerste sigaren.

Algehele inleiding Kleding Eten en drinken
Het boerenhuis De inrichting van huizen Vermaak en volksgebruiken
Post Landbouw School
Kerk Rechtspraak De vilder
Geneeskunst Belastingen De Oostenrijkers

 Ziet u slechts 1 pagina?
klik hier voor de volledige website
"Voorouders uit Midden-Limburg"